Mentor

Archetype 2 Mentor

Van elke mentor wordt verwacht dat hij/zij goed presteert in:

  • Het identificeren van de ontwikkelingsbehoeften van anderen en het coachen, begeleiden of anderszins helpen van anderen om hun kennis of vaardigheden te verbeteren.
  • Het bieden van begeleiding en sturing aan ondergeschikten, inclusief het stellen van prestatienormen en het monitoren van prestaties.
  • Het overtuigen van anderen om een ​​idee te accepteren of om anderszins van gedachten te veranderen of te handelen in overeenstemming met de bedrijfsdoelstellingen.
  • Het identificeren van de opleidingsbehoeften van anderen, het ontwikkelen van formele opleidings- of trainingsprogramma’s of -lessen, en het lesgeven of instrueren van anderen.

Mediator

Archetype 7 Mediator

Mediators moeten in staat zijn om:

  • Persoonlijke hulp, medische zorg, emotionele steun of andere persoonlijke zorg te bieden aan anderen, zoals collega’s, klanten of patiënten.
  • Constructieve en coöperatieve werkrelaties met anderen op te bouwen en deze in de loop van de tijd te onderhouden.
  • Optreden voor mensen of rechtstreeks met het publiek omgaan. Dit omvat het bedienen van klanten in restaurants en winkels, en het ontvangen van cliënten of gasten.
  • Klachten afhandelen, geschillen beslechten en grieven en conflicten oplossen, of anderszins met anderen onderhandelen.

Overige Werkzaamheden gerelateerd aan Leraren in zelfverrijkingsonderwijs

  • Lesmethoden en lesmateriaal aanpassen om te voldoen aan de verschillende behoeften en interesses van studenten.
  • Lessen, workshops en demonstraties geven en individueel onderwijs geven over het onderwijzen van onderwerpen en vaardigheden, zoals koken, dansen, schrijven, fysieke fitheid, fotografie, persoonlijke financiën en vliegen.
  • De prestaties van studenten monitoren om suggesties voor verbetering te doen en om ervoor te zorgen dat de cursusnormen, trainingsvereisten en doelstellingen worden nageleefd.
  • Studenten observeren om kwalificaties, beperkingen, vaardigheden, interesses en andere individuele kenmerken te bepalen.
  • Studenten individueel en in groepen lesgeven met behulp van verschillende lesmethoden, zoals lezingen, discussies en demonstraties.
  • Begrijpelijke doelstellingen vaststellen voor alle lessen, modules en projecten en deze doelstellingen communiceren aan studenten.
  • Studenten instrueren en monitoren bij het gebruik en onderhoud van apparatuur en materialen om letsel en schade te voorkomen.