Beheerder

Archetype 1 Administrator

Elke beheerder zou moeten uitblinken in:

  • Het verstrekken van informatie aan leidinggevenden, collega’s en ondergeschikten, evenals het communiceren met mensen buiten de organisatie, en het vertegenwoordigen van de organisatie bij klanten, het publiek, de overheid en andere externe bronnen. Deze informatie kan persoonlijk, schriftelijk, telefonisch of per e-mail worden uitgewisseld.
  • Het bijhouden van informatiebestanden en het verwerken van papierwerk.
  • Het werven, interviewen, selecteren, aannemen en promoten van medewerkers binnen een organisatie, en hen ertoe aanzetten samen te werken om taken uit te voeren door wederzijds vertrouwen, respect en samenwerking te stimuleren en op te bouwen.

Mediator

Archetype 7 Mediator

Mediators moeten in staat zijn om:

  • Persoonlijke hulp, medische zorg, emotionele steun of andere persoonlijke zorg te bieden aan anderen, zoals collega’s, klanten of patiënten.
  • Constructieve en coöperatieve werkrelaties met anderen op te bouwen en deze in de loop van de tijd te onderhouden.
  • Optreden voor mensen of rechtstreeks met het publiek omgaan. Dit omvat het bedienen van klanten in restaurants en winkels, en het ontvangen van cliënten of gasten.
  • Klachten afhandelen, geschillen beslechten en grieven en conflicten oplossen, of anderszins met anderen onderhandelen.

Overige Werkzaamheden gerelateerd aan Kantoorbedienden, algemeen

  • Geld innen, tellen en uitbetalen, basisboekhouding uitvoeren en banktransacties voltooien.
  • Communiceren met klanten, werknemers en andere personen om vragen te beantwoorden, informatie te verspreiden of uit te leggen, bestellingen aan te nemen en klachten te behandelen.
  • Telefoons beantwoorden, gesprekken doorverbinden en berichten aannemen.
  • Verslagen van kantooractiviteiten, zakelijke transacties en andere activiteiten samenstellen, kopiëren, sorteren en archiveren.
  • Rekeningen, contracten, beleidsregels, facturen of cheques voltooien en versturen.
  • Kantoorapparatuur bedienen, zoals kopieerapparaten en scanners, faxapparaten, voicemailsystemen en pc’s.
  • Gegevens en andere informatie, zoals dossiers of rapporten, verwerken, vastleggen en proeflezen.
  • Archiverings-, inventaris-, post- en databasesystemen onderhouden en bijwerken, handmatig of met behulp van een computer.
  • Inkomende post openen, sorteren en routeren, correspondentie beantwoorden en uitgaande post voorbereiden.
  • Bestanden, dossiers en andere documenten controleren om informatie te verkrijgen voor het reageren op verzoeken.