Mediator

Archetype 7 Mediator

Mediators moeten in staat zijn om:

  • Persoonlijke hulp, medische zorg, emotionele steun of andere persoonlijke zorg te bieden aan anderen, zoals collega’s, klanten of patiënten.
  • Constructieve en coöperatieve werkrelaties met anderen op te bouwen en deze in de loop van de tijd te onderhouden.
  • Optreden voor mensen of rechtstreeks met het publiek omgaan. Dit omvat het bedienen van klanten in restaurants en winkels, en het ontvangen van cliënten of gasten.
  • Klachten afhandelen, geschillen beslechten en grieven en conflicten oplossen, of anderszins met anderen onderhandelen.

Technicus

Archetype 11 Technician

Technici krijgen vaak de volgende taken:

  • Het verstrekken van documentatie, gedetailleerde instructies, tekeningen of specificaties om anderen te informeren over hoe apparaten, onderdelen, apparatuur of structuren moeten worden gefabriceerd, gebouwd, geassembleerd, aangepast, onderhouden of gebruikt.
  • Het gebruiken van computers en computersystemen (inclusief hardware en software) om te programmeren, software te schrijven, functies in te stellen, gegevens in te voeren of informatie te verwerken.
  • Het onderhouden, repareren, kalibreren, regelen, afstellen of testen van machines, apparaten en apparatuur die voornamelijk werken op basis van elektrische of elektronische (niet mechanische) principes.

Overige Werkzaamheden gerelateerd aan Gediplomeerde praktijkverpleegkundigen en gediplomeerde beroepsverpleegkundigen

  • Patiënten observeren, veranderingen in de toestand van patiënten in kaart brengen en rapporteren, zoals bijwerkingen van medicatie of behandeling, en indien nodig actie ondernemen.
  • Voorgeschreven medicijnen toedienen of intraveneuze vloeistoffen starten, tijden en hoeveelheden noteren op patiëntenkaarten.
  • De vitale functies van patiënten meten en registreren, zoals lengte, gewicht, temperatuur, bloeddruk, pols of ademhaling.
  • Basisverzorging of -behandelingen voor patiënten verlenen, zoals het opnemen van temperatuur of bloeddruk, het verbinden van wonden, het behandelen van doorligwonden, het geven van klysma’s of douches, wrijven met alcohol, masseren of uitvoeren van katheterisaties.
  • Patiënten helpen met baden, aankleden, het onderhouden van persoonlijke hygiëne, bewegen in bed of staan en lopen.
  • Verpleegassistenten of -assistenten begeleiden.
  • Werken als onderdeel van een zorgteam voor het beoordelen van de behoeften van patiënten, het plannen en aanpassen van de zorg en het implementeren van interventies.
  • De inname en output van voedsel en vloeistoffen registreren.
  • De inname en output van voedsel en vocht registreren.