Ambachtsman

Archetype 9 Artisan

Grote ambachtslieden zijn doorgaans in staat om:

  • Handen en armen te gebruiken bij het hanteren, installeren, positioneren en verplaatsen van materialen.
  • Nauwkeurig en vakkundig kleine voorwerpen te manipuleren.
  • Actief en proactief te zijn bij fysieke activiteiten waarbij u uw armen en benen intensief moet gebruiken en uw hele lichaam moet bewegen, zoals klimmen, tillen, balanceren, lopen, bukken en het hanteren van materialen.

Controller

Archetype 4 Controller

Van controllers wordt verwacht dat ze goed zijn in:

  • Het bedienen van productiesystemen door middel van besturingsmechanismen of directe fysieke activiteit.
  • Het werken met handbediende industriële machines en elektrisch gereedschap.
  • Het bedienen van knoppen, hendels en fysieke of aanraakgevoelige knoppen in industriële apparaten.
  • Het besturen, manoeuvreren, navigeren of besturen van voertuigen of gemechaniseerde apparatuur, zoals vorkheftrucks, personenauto’s, vliegtuigen of vaartuigen.

Overige Werkzaamheden gerelateerd aan Zeilers en oliemannen van scheepsmotoren

  • Het onderhouden van door de overheid afgegeven certificeringen, indien vereist.
  • Het neerlaten en bemannen van reddingsboten in noodsituaties.
  • Bij het stuurwiel staan wanneer schepen op de automatische piloot staan en de nauwkeurigheid van de koersen controleren met behulp van magnetische kompassen.
  • Schepen besturen onder leiding van commandanten of navigatieofficieren of stuurlieden instrueren om te sturen, waarbij de aangewezen koersen worden gevolgd.
  • Het hanteren van lijnen om schepen aan kades af te meren, om schepen aan andere schepen vast te maken of om sleeplijnen op te tuigen.
  • De wacht houden in de boeg of op de brug van schepen op zoek naar obstakels op de route van een schip of om navigatiehulpmiddelen, zoals boeien of vuurtorens, te lokaliseren.
  • De wacht houden op de loopplank om te voorkomen dat onbevoegde personen aan boord van schepen gaan terwijl ze in de haven liggen.
  • Reddingsboten of reddingsbootuitrusting reviseren en reddingsboten neerlaten of optillen met lieren of vallen.
  • Het bedienen, onderhouden of repareren van scheepsuitrusting, zoals lieren, kranen, boortorens of wapensystemen.
  • Machines, apparatuur of motoren smeren onderdelen, zoals tandwielen, assen of lagers.