Controller

Archetype 4 Controller

Van controllers wordt verwacht dat ze goed zijn in:

  • Het bedienen van productiesystemen door middel van besturingsmechanismen of directe fysieke activiteit.
  • Het werken met handbediende industriële machines en elektrisch gereedschap.
  • Het bedienen van knoppen, hendels en fysieke of aanraakgevoelige knoppen in industriële apparaten.
  • Het besturen, manoeuvreren, navigeren of besturen van voertuigen of gemechaniseerde apparatuur, zoals vorkheftrucks, personenauto’s, vliegtuigen of vaartuigen.

Technicus

Archetype 11 Technician

Technici krijgen vaak de volgende taken:

  • Het verstrekken van documentatie, gedetailleerde instructies, tekeningen of specificaties om anderen te informeren over hoe apparaten, onderdelen, apparatuur of structuren moeten worden gefabriceerd, gebouwd, geassembleerd, aangepast, onderhouden of gebruikt.
  • Het gebruiken van computers en computersystemen (inclusief hardware en software) om te programmeren, software te schrijven, functies in te stellen, gegevens in te voeren of informatie te verwerken.
  • Het onderhouden, repareren, kalibreren, regelen, afstellen of testen van machines, apparaten en apparatuur die voornamelijk werken op basis van elektrische of elektronische (niet mechanische) principes.

Overige Werkzaamheden gerelateerd aan Operators van gascompressoren en gaspompstations

  • Meters en drukmeters bewaken om variaties in het verbruik, temperaturen en drukken te bepalen.
  • Kleppen en apparatuur afstellen om de opgegeven prestaties te verkrijgen.
  • Gasmeters uitlezen en gegevens bijhouden van de hoeveelheden gas die zijn ontvangen en afgegeven door houders.
  • Pompen met motoraandrijving bedienen voor het overbrengen van vloeistoffen, halfvloeistoffen, gassen of poedervormige materialen.
  • Instrumentmetingen en operationele wijzigingen vastleggen in bedrijfslogboeken.
  • Bedieningselementen verplaatsen en kleppen draaien om compressormotoren, pompen en hulpapparatuur te starten.
  • Knoppen of schakelaars draaien om de druk te regelen.
  • Reageren op problemen door de apparatuur in de regelkamer aan te passen of ander personeel te instrueren voor het aanpassen van apparatuur op probleemlocaties of in andere regelgebieden.
  • Gasmonsters nemen en chemische tests uitvoeren om de gaskwaliteit en het zwavel- of vochtgehalte te bepalen, of monsters naar laboratoria sturen voor analyse.
  • Apparatuur reinigen, smeren en afstellen en filters en pakkingen vervangen met behulp van handgereedschap.