Technicus

Archetype 11 Technician

Technici krijgen vaak de volgende taken:

  • Het verstrekken van documentatie, gedetailleerde instructies, tekeningen of specificaties om anderen te informeren over hoe apparaten, onderdelen, apparatuur of structuren moeten worden gefabriceerd, gebouwd, geassembleerd, aangepast, onderhouden of gebruikt.
  • Het gebruiken van computers en computersystemen (inclusief hardware en software) om te programmeren, software te schrijven, functies in te stellen, gegevens in te voeren of informatie te verwerken.
  • Het onderhouden, repareren, kalibreren, regelen, afstellen of testen van machines, apparaten en apparatuur die voornamelijk werken op basis van elektrische of elektronische (niet mechanische) principes.

Analyser

Archetype 3 Analyzer

Analysers voeren vaak de volgende taken uit:

  • Het identificeren van de onderliggende principes, redenen of feiten van informatie door informatie of data op te splitsen in afzonderlijke delen.
  • Het gebruiken van relevante informatie en individueel oordeel om te bepalen of gebeurtenissen of processen voldoen aan wetten, regelgeving of normen.
  • Het beoordelen van de waarde, het belang of de kwaliteit van zaken of mensen.
  • Het compileren, coderen, categoriseren, berekenen, tabelleren, auditen of verifiëren van informatie of data.

Overige Werkzaamheden gerelateerd aan Politie-identificatie- en registratieambtenaren

  • Het bijhouden van bewijsstukken en het schrijven en beoordelen van rapporten.
  • Het indienen van bewijsstukken bij toezichthouders, forensisch laboratoria of rechtbankfunctionarissen voor gerechtelijke procedures.
  • Het identificeren, vergelijken, classificeren en archiveren van vingerafdrukken met behulp van systemen zoals het Automated Fingerprint Identification System (AFIS) of het Henry Classification System.
  • Het fungeren als technisch adviseur en het coördineren met andere wetshandhavingsmedewerkers of juridisch personeel voor het uitwisselen van informatie over het verzamelen van gegevens op de plaats delict.
  • Het coördineren of geven van instructielessen of in diensten, zoals lessen van de burgerpolitieacademie en trainingen op de plaats delict voor andere agenten.
  • Het interviewen van slachtoffers, getuigen, verdachten en ander wetshandhavingspersoneel.
  • Het analyseren en verwerken van bewijsstukken op misdaadplaatsen, tijdens autopsies of in het laboratorium, met beschermende uitrusting en met behulp van poeders en chemicaliën.
  • Het maken van schetsen en diagrammen met de hand of met computersoftware voor het afbeelden van misdaadplaatsen.
  • Het fotograferen van misdaad- of ongevalsplaatsen voor bewijsstukken.