Ambachtsman

Archetype 9 Artisan

Grote ambachtslieden zijn doorgaans in staat om:

  • Handen en armen te gebruiken bij het hanteren, installeren, positioneren en verplaatsen van materialen.
  • Nauwkeurig en vakkundig kleine voorwerpen te manipuleren.
  • Actief en proactief te zijn bij fysieke activiteiten waarbij u uw armen en benen intensief moet gebruiken en uw hele lichaam moet bewegen, zoals klimmen, tillen, balanceren, lopen, bukken en het hanteren van materialen.

Controller

Archetype 4 Controller

Van controllers wordt verwacht dat ze goed zijn in:

  • Het bedienen van productiesystemen door middel van besturingsmechanismen of directe fysieke activiteit.
  • Het werken met handbediende industriële machines en elektrisch gereedschap.
  • Het bedienen van knoppen, hendels en fysieke of aanraakgevoelige knoppen in industriële apparaten.
  • Het besturen, manoeuvreren, navigeren of besturen van voertuigen of gemechaniseerde apparatuur, zoals vorkheftrucks, personenauto’s, vliegtuigen of vaartuigen.

Overige Werkzaamheden gerelateerd aan Installateurs en reparateurs van elektriciteitsleidingen

  • Veiligheidspraktijken en -procedures naleven, zoals het regelmatig controleren van apparatuur en het oprichten van barrières rond werkgebieden.
  • Schakelaars openen of aardingsvoorzieningen bevestigen om elektrische gevaren uit verstoorde of gevallen leidingen te verwijderen of om reparaties te vergemakkelijken.
  • In palen klimmen of op vrachtwagens gemonteerde bakken gebruiken om toegang te krijgen tot apparatuur.
  • Isolerende of brandwerende materialen plaatsen over geleiders en verbindingen.
  • Elektrische distributie- en transmissiesystemen installeren, onderhouden en repareren, inclusief leidingen, kabels, draden en gerelateerde apparatuur, zoals transformatoren, stroomonderbrekers en schakelaars.
  • Defecte sectioneringsapparaten, stroomonderbrekers, zekeringen, spanningsregelaars, transformatoren, schakelaars, relais of bedrading identificeren met behulp van bedradingsschema’s en elektrische testinstrumenten.
  • Voertuigen met gereedschap en materialen naar de werkplek rijden.
  • De voorbereiding en voltooiing van werkopdrachten coördineren met andere werknemers.
  • Elektriciteitsleidingen en hulpapparatuur inspecteren en testen om problemen te lokaliseren en te identificeren met behulp van lees- en testinstrumenten.